Kenniscentrum › Ziekte /Aandoening › Narcolepsie › Narcolepsie
Narcolepsie
Bij narcolepsie is er sprake van oncontroleerbare slaapaanvallen overdag. Ook na voldoende nachtrust. Narcolepsie heeft een grote invloed op iemands functioneren. De dagelijkse activiteiten (werken, studeren, sociale leven, sporten) worden bemoeilijkt door de onverwachte slaapaanvallen. Daarnaast is bij narcolepsie sprake van enkele andere symptomen. Deze symptomen komen niet altijd bij elke patiënt voor.Mogelijke symptomen van narcolepsie
-
Onbedwingbare slaapaanvallen overdag
Bij kataplexie is er een plotseling verlies van de spierfuncties bij heftige emoties, zoals uitbundig lachen, boosheid en schrikken. Iemand blijft wel bij bewustzijn. Er is sprake van lichte spierzwakte (slapheid in de hals of knieën) tot volledige spierverslapping (het in elkaar zakken of vallen). Een aanval duurt een paar seconden tot twee minuten. Kataplexie komt bij ongeveer 70% van de mensen met narcolepsie voor.
-
Verstoorde nachtrust
-
Hypnagoge hallucinaties
-
Slaapverlamming
-
Veel eten
-
Angst en depressie
Verloop narcolepsie
Narcolepsie begint met onbedwingbare slaapaanvallen overdag. Na maanden of jaren kunnen de andere symptomen ook optreden. De ernst en volgorde van het optreden van de symptomen verschilt van persoon tot persoon. De drang om overdag te slapen houdt iemand vaak voor de rest van het leven. De andere symptomen kunnen ook weer verdwijnen.Oorzaken
Bij mensen met narcolepsie ontbreken de hersencellen die het eiwit ‘hypocretine' maken of ze werken niet goed. Hypocretine regelt o.a. het slaap-waakritme.Narcolepsie kan ook ontstaan na een verwonding aan het hoofd, een hersentumor of beroerte. Dit wordt ook wel secundaire narcolepsie of posttraumatische hypersomnie genoemd.
Diagnose
Om een goede diagnose te stellen, vindt eerst een gesprek met de neuroloog plaats. Aanvullend is het nodig om een polysomnografie te doen om de diagnose narcolepsie te kunnen stellen. Dit onderzoek geeft een beeld van het verloop van de nachtslaap. Tijdens de slaap worden volgende gegevens geregistreerd:-
de activiteit van de hersenen (EEG);
-
de activiteit van de spieren (EMG);
-
de oogbewegingen;
-
het zuurstofgehalte in het bloed;
-
de ademhaling.
Behandeling
Er is geen behandeling die narcolepsie kan genezen. Wel kunnen de klachten verminderen door behandeling.Slaapritme
Mensen kunnen erbij gebaat zijn om een strak slaapritme aan te houden. Er wordt dan overdag op vaste tijden gerust. Dit kan genoeg zijn om de rest van de dag wakker te blijven zonder onbedwingbare slaapaanvallen.Medicatie
Medicatie kan slaapaanvallen overdag voorkomen. Er zijn verschillende medicijnen die gebruikt worden om slaapaanvallen tegen te gaan, om de nachtrust te verbeteren, de REM-slaap te reguleren en de kataplexie te onderdrukken.De resultaten van behandeling met medicijnen zijn wisselend. Er zijn mensen die hier baat bij hebben en er goed de dag mee doorkomen. Echter, de bijwerkingen welke verschillen per medicijn, zijn voor een deel van de mensen reden om er weer mee te stoppen. Medicatie lost nooit het hele probleem op. Het goed leren omgaan met de aandoening is daarom erg belangrijk.
Wat kunt u zelf doen
Om klachten te verminderen, kunt u letten op het volgende:- Ga op een vaste tijd naar bed en sta op een vaste tijd op. Zo leert uw lichaam om op de juiste momenten te gaan slapen en wakker te worden.
- Slaap overdag één of twee keer kort (30 minuten tot een uur), bij voorkeur tussen 11.00 en 13.00 uur en tussen 17.00 en 19.00 uur. Dit helpt beter dan allemaal korte dutjes gedurende de dag.
- Beweeg voldoende.
Werk en narcolepsie
Passend werk is voor mensen met narcolepsie belangrijk. Aandachtspunten hierbij zijn:- u kunt uw werk af en toe onderbreken;
- er bestaat geen risico op ongelukken als u in slaap valt;
- het werk heeft enige uitdaging en bepaalde mate van activiteit;
- u heeft voldoende tijd om uw werk te doen;
- mogelijk is parttime werken het meest passend.
Autorijden en narcolepsie
Mensen met narcolepsie mogen autorijden als na twee maanden van behandeling blijkt dat de behandeling goede resultaten geeft. De neuroloog bepaalt of de resultaten goed genoeg zijn om te mogen autorijden.Het is belangrijk dat u zelf doorgeeft bij de Stichting Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR) dat u narcolepsie heeft.
Voor meer informatie over narcolepsie en autorijden, zie folder ‘Motorvoertuig besturen met een ziekte/handicap'.